Powerpoint presentation
Association = vereniging
I read the introduction = Ik las de inleiding
First part = eerste deel
The closure = het sluiten
They thought it was very interesting = Ze vonden het interessant
I went to the dentist = tandarts
Life’s Greatest Pleasure
- A good night’s sleep: een goede nachtrust
- Finding a forgotten tenner in your pocket: Tien euro terugvinden in je zak
- Cuddling up with a partner in bed: knuffelen met een partner in bed
- Crying with laughter : huilen van het lachen
- Having a lie-in: uitslapen
- Sleeping in newly laundered bedding: Slapen in verse lakens
- Getting a bargain: een koopje doen
- Making someone smile: iemand laten glimlachen
- Catching up with an old friend: bijpraten met een oude vriend
- Laughing at things that have happened in the past
= Lachen met dingen die vroeger gebeurd zijn. - Eating a Sunday roast with your family
= Op zondag gebraad eten met de familie
- Someone saying you look nice = iemand die zegt dat je er goed uitziet
- Curling up on the sofa with a good book and a hot drink or soup=In de zetel kruipen met een goed boek en warm drankje
- Discovering you've lost a few pounds = Ontdekken dat je enkele kilo’s kwijt bent
- Breakfast in bed= ontbijt op bed
- Waking up thinking it's a work day and then realising it's the weekend= wakker worden en denken dat je moet werken en ontdekken dat het weekend is
- A random person smiling at you in the street= Een willekeurige person die glimlacht naar je op straat
- Looking through old photo albums = Naar oude foto-albums kijken
- Eating a takeaway= Frietje / pizza eten
- First snow fall of the year = De eerste sneeuw van het jaar
- Singing your heart out to your favourite song in car = Luidop meezingen in de auto
- Having lunch with friends= een etentje met vrienden
- Listening to a baby laughing= luisteren naar lachende baby’s
- Having a massage= massage krijgen
- Reading a book or listening to your iPod on holiday by the pool= Boek lezen of naar muziek luisteren op vakantie aan het zwembad
- Playing in snow: In de sneeuw spelen
- Finding a pair of jeans that fit perfectly: Een jeansbroek vinden die perfect past
- Being chatted up: Iemand die flirt met u
- A girly-night in = een nachtje met de meiden
- A pampering session at home: een verwensessie thuis
- The smell of freshly cut grass: de geur van vers gemaaid gras
- Sitting in the pub with your friends: Op café met je vrienden
- Looking at a baby asleep in a cot: Naar baby kijken die slaapt in de wieg
- Waking up in a room with an amazing view: Wakker worden in een kamer met een prachtig zicht
- Clothes shopping: Kleren gaan kopen
- Receiving a letter from a friend: Een brief krijgen van een vriend
- Fitting into an old pair of jeans again after losing some weight: Terug in een broek passen waar je niet meer in kon.
- Staying up all night getting to know someone special.
= Heel de nacht doorbrengen iemand leren kennen.
- Your mum’s cooking: Moeder’s gekooksel
- Getting dressed up for a night out= U opkleden voor een avondje uit.
- Watching a live band= Naar een optreden gaan kijken
- Drinking a cold beer after work = Een fris pintje na het werk
- Browsing in a secondhand bookshop= snuisteren in een 2dehands boekenwinkel
- Going to the cinema: Naar de cinema gaan
- Getting a new hairstyle: Een nieuw coupe krijgen
- Your queue being the quickest in the supermarket: Je rij die de snelste is in de supermarkt
- The cold side of the pillow: de koude kant van je hoofdkussen
- Watching a DVD: Naar DVD kijken
- Getting tipsy: Een beetje beneveld zijn
- Popping bubble wrap : inpakbolletjes kapot drukken
Climbing in bed with socks and after ten minutes taking socks off.
Cherrypit pillows
Being the first to get up, in a silent house.
Hearing the birds wistle = de vogels horen fluiten
The sunrise
Sunset at the beach
- Came
- Didn’t fall
- Ran
- Wasn’t / was not
- Brought
- Didn’t eat
- Began
- Didn’t hop
- Gave time together = gaf tijd om samen door te brengen
- Hid
- Didn’t have
- Didn’t come
- Found
- Changed
- Didn’t drink >> pond = vijver
- Brought
- Didn’t know
- Felt
- Didn’t give
- Began
- Made
- Didn’t take
- Woke
- Wasn’t
- ran
I can say sorry and respond
He pushed me, but didn’t apologize= Hij duwde mij, maar bood zijn excuses niet aan.
Rude = onbeleefd <<>> polite
Correct the mistakes
I’ve lost your dictionary
Never mind
I’ve forgotten your book.
Don’t worry
I’ve broken your cup
It’s ok / It doesn’t matter