March 27

Powerpoint presentation

Association =  vereniging

I read the introduction = Ik las de inleiding

First part = eerste deel

The closure = het sluiten

They thought it was very interesting = Ze vonden het interessant

I went to the dentist = tandarts

Life’s Greatest Pleasure

  • A good night’s sleep: een goede nachtrust

  • Finding a forgotten tenner in your pocket: Tien euro terugvinden in je zak
  • Cuddling up with a partner in bed: knuffelen met een partner in bed
  • Crying with laughter : huilen van het lachen
  • Having a lie-in: uitslapen
  • Sleeping in newly laundered bedding: Slapen in verse lakens
  • Getting a bargain: een koopje doen
  • Making someone smile: iemand laten glimlachen

  • Catching up with an old friend: bijpraten met een oude vriend
  • Laughing at things that have happened in the past
    = Lachen met dingen die vroeger gebeurd zijn.
  • Eating a Sunday roast with your family
    = Op zondag gebraad eten met de familie

  • Someone saying you look nice = iemand die zegt dat je er goed uitziet

  • Curling up on the sofa with a good book and a hot drink or soup=In de zetel kruipen met een goed boek en warm drankje
  • Discovering you've lost a few pounds = Ontdekken dat je enkele kilo’s kwijt bent
  • Breakfast in bed= ontbijt op bed
  • Waking up thinking it's a work day and then realising it's the weekend= wakker worden en denken dat je moet werken en ontdekken dat het weekend is
  • A random person smiling at you in the street= Een willekeurige person die glimlacht naar je op straat
  • Looking through old photo albums = Naar oude foto-albums kijken
  • Eating a takeaway= Frietje / pizza eten

  • First snow fall of the year = De eerste sneeuw van het jaar
  • Singing your heart out to your favourite song in car = Luidop meezingen in de auto
  • Having lunch with friends= een etentje met vrienden

  • Listening to a baby laughing= luisteren naar lachende baby’s

  • Having a massage= massage krijgen

  • Reading a book or listening to your iPod on holiday by the pool= Boek lezen of naar muziek luisteren op vakantie aan het zwembad
  • Playing in snow: In de sneeuw spelen
  • Finding a pair of jeans that fit perfectly: Een jeansbroek vinden die perfect past

  • Being chatted up: Iemand die flirt met u

  • A girly-night in = een nachtje met de meiden

  • A pampering session at home: een verwensessie thuis
  • The smell of freshly cut grass: de geur van vers gemaaid gras
  • Sitting in the pub with your friends: Op café met je vrienden
  • Looking at a baby asleep in a cot: Naar baby kijken die slaapt in de wieg
  • Waking up in a room with an amazing view: Wakker worden in een kamer met een prachtig zicht
  • Clothes shopping: Kleren gaan kopen
  • Receiving a letter from a friend: Een brief krijgen van een vriend

  • Fitting into an old pair of jeans again after losing some weight: Terug in een broek passen waar je niet meer in kon.
  • Staying up all night getting to know someone special.
    = Heel de nacht doorbrengen iemand leren kennen.
  • Your mum’s cooking: Moeder’s gekooksel
  • Getting dressed up for a night out= U opkleden voor een avondje uit.
  • Watching a live band= Naar een optreden gaan kijken
  • Drinking a cold beer after work = Een fris pintje na het werk

  • Browsing in a secondhand bookshop= snuisteren in een 2dehands boekenwinkel

  • Going to the cinema: Naar de cinema gaan

  • Getting a new hairstyle: Een nieuw coupe krijgen

  • Your queue being the quickest in the supermarket: Je rij die de snelste is in de supermarkt
  • The cold side of the pillow: de koude kant van je hoofdkussen
  • Watching a DVD: Naar DVD kijken
  • Getting tipsy: Een beetje beneveld zijn
  • Popping bubble wrap : inpakbolletjes kapot drukken

Climbing in bed with socks and after ten minutes taking socks off.

Cherrypit pillows

Being the first to get up, in a silent house.

Hearing the birds wistle = de vogels horen fluiten

The sunrise

Sunset at the beach

  • Came
  • Didn’t fall
  • Ran
  • Wasn’t / was not
  • Brought
  • Didn’t eat
  • Began
  • Didn’t hop
  • Gave time together = gaf tijd om samen door te brengen
  • Hid
  • Didn’t have
  • Didn’t come
  • Found
  • Changed
  • Didn’t drink >> pond = vijver
  • Brought
  • Didn’t know
  • Felt
  • Didn’t give
  • Began
  • Made
  • Didn’t take
  • Woke
  • Wasn’t
  • ran

I can say sorry and respond

He pushed me, but didn’t apologize= Hij duwde mij, maar bood zijn excuses niet aan.

Rude = onbeleefd  <<>> polite

Correct the mistakes

I’ve lost your dictionary
Never mind

I’ve forgotten your book.

Don’t worry

I’ve broken your cup

It’s ok / It doesn’t matter

More in this category: « March 20 April 24 »